Ieder kind verdient toch een plek op school? Een plek om zich te ontwikkelen, te werken aan een perspectief voor de toekomst, een plek om zich veilig te voelen en om begrepen te worden. Dat geldt helaas niet voor alle leerlingen. Sommige kinderen worden zelfs al op 14-jarige leeftijd vrijgesteld van leerplicht omdat er op school geen uitzicht op leren meer is.

“Dat kan toch niet. Dat mag toch niet. Dan geven we onze kinderen op!” Aan het woord is Tinie Sterenborg, directeur passend onderwijs bij het Odyssee en gedetacheerd als teamleider bij het Orthopedagogisch didactisch centrum (OPDC) in Sneek. “Het hele onderwijs is gericht op de gemiddelde leerling. En dat is een systeem uit de jaren ‘50. Tijden zijn veranderd, het past heel veel leerlingen niet meer. Daarom zie je veel initiatieven ontstaan om tussenvormen van onderwijs te bedenken en andere manieren om die leerlingen wél te bedienen. Daar is dit nieuwe traject KOOZ er één van.”

“Dat kan toch niet. Dat mag toch niet. Dan geven we onze kinderen op!”
Tinie Sterenborg, directeur passend onderwijs Odyssee

Sinds april 2020 is het traject KOOZ (Kind Ouder Onderwijs Zorg) onderdeel van het aanbod binnen het OPDC van Fultura in Sneek en het loopt storm. KOOZ is gestart met drie leerlingen en binnen een paar maanden gegroeid tot bijna 30 leerlingen. Soms met kinderen die al uit de leerplicht zijn geschreven. Zij krijgen een tweede kans. Het traject is gericht op kinderen met multi-problematiek, waar niet alleen sprake is van een leerprobleem, maar ook van bijvoorbeeld problemen binnen het gezin. Gepassioneerd vertelt Tinie: “In het onderwijs zijn we er sterk in om te zeggen ‘ja dat is een probleem voor thuis, daar moet het gebiedsteam bij betrokken worden’. En het onderwijs, dat doen wij wel. Maar dat heeft natuurlijk onderling allemaal verhoudingen en effecten.”

Kind zorgt voor de ouders

Een van de redenen dat kinderen niet naar school gaan, is bijvoorbeeld dat de ouders psychiatrische problematiek hebben. Het wordt dan een omgekeerd verhaal. Het kind zorgt dan voor de ouders en de ouders niet voor het kind. Tinie licht toe: “Wij kunnen psychiatrische problematiek niet oplossen, maar we kunnen het wel zichtbaar maken. Dus wat we ons moeten afvragen is: wat is er in de thuissituatie nodig om het kind positief te stimuleren om weer naar school te gaan? Daar gaan we vaak aan voorbij.”

“Het onderwijs maken we passend voor de leerling en niet de leerling passend voor het onderwijs”
Rutger Keereweer, projecteider KOOZ

Rutger Keereweer, projectleider bij KOOZ: “Ik ben trots dat we dit traject in samenwerking met onderwijs en zorg kunnen aanbieden. Het onderwijs maken we zo passend voor de leerling en niet de leerling passend voor het onderwijs.” De afgelopen jaren is gewerkt aan de ontwikkeling en optimalisatie van het traject KOOZ. Als er een kind wordt aangemeld vanuit de school of een gebiedsteam, komt er eerst een gezinscoach aan huis om een nieuwe nulmeting te maken. Sommige kinderen hebben op dat moment geen recent ondersteuningsplan meer. Rutger: “Voor deze meting maken we gebruik van de online Krachtenwijzer uit het platform Friese Jeugdzorg Online. Hiermee krijgen we zicht op de brede context, niet alleen wat er op school gebeurt. Zo kijken we naar alle levensdomeinen van het kind en maken we een analyse waarom het kind niet aan onderwijs toekomt. Na deze meting maken we in samenwerking met andere professionals uit zowel het onderwijs als de zorg een plan waarbij we ingaan op de vraag: wat is de belemmerende factor binnen het gezin waardoor het kind niet meer naar school gaat?”

Communicatie is essentieel

“Vaak wordt er in de communicatie met ouders om de hete brij heen gedraaid”, vult Tinie aan. “Dan moet heel duidelijk gemaakt worden waar het probleem ligt. Openheid van zaken geven aan ouders is heel belangrijk en tegelijkertijd aangeven dat we er voor het hele gezin zijn, we’ve got your back. Soms is het ook zoals het is en kunnen we niet veel veranderen aan de thuissituatie. Dan richten we ons op de leerling om die competenties aan te boren zodat ze zelf weer regie krijgen.”

Communicatie tussen gezin, kind, hulpverleners en school is essentieel gedurende dit traject. Rutger legt uit: “Omdat we, afhankelijk van het plan, met verschillende partijen samenwerken is goede communicatie essentieel. We moeten van elkaar weten wie waarvoor verantwoordelijk is en wie wat heeft gedaan of besproken. Alle gegevens van het kind en het gezin zetten we in het platform Friese Jeugdzorg Online. Alle betrokkenen bij het gezin kunnen zo bij de gegevens zodat iedereen beschikt over dezelfde informatie. Dit platform faciliteert daarmee de samenwerking tussen alle partijen.”

Leerling, hulpverleners en docenten maken doelen en subdoelen en rapporteren ook binnen FJO. Zo kunnen ouders en alle betrokkenen de voortgang zien. “Laatst had een leerling een doel behaald en iedereen weet dat dan ook. Dat is een feestje waard en dat vieren we dan samen”, vertelt Rutger. Successen en voortgang worden zichtbaar gemaakt, maar ook knelpunten komen eerder in beeld.

Rutger vertelt dat WhatsApp binnen KOOZ geen communicatiemiddel tussen ouders, kind en hulpverleners is. Alles vindt plaats via berichten en chatgroepen binnen FJO. Zo blijft alle informatie in een veilige omgeving en wordt het niet over allemaal verschillende mailboxen verspreid.

Wat is nodig op de lange termijn

“Er moet structureel wat veranderen in ons onderwijssysteem”, vindt Tinie. “Ieder kind verdient een plek in de klas. En daarnaast moet goed bekeken worden wat er op de langere duur binnen gezinnen nodig is. Het gaat in Nederland allemaal zo ontzettend traag voordat er zaken financieel goed geregeld kunnen worden. We moeten deze kinderen en gezinnen nu een toekomst kunnen geven, zodat ze later kunnen werken en participeren in de samenleving. We hebben ze hard nodig straks!”

Het traject KOOZ wordt ondersteund vanuit verschillende middelen zoals vanuit de aanpak Vroegtijdig Schoolverlating (VSV), middelen uit de RMC regio, het samenwerkingsverband Fultura en de zorg. Deze budgetten worden vaak gescheiden, waardoor combinatie van financiering moeilijk is. Met de financiering van Foar Fryske Bern wordt onderzocht hoe het project kan worden geborgd en de onderwijskosten en zorgmiddelen gekoppeld kunnen worden. Foar Fryske Bern stelt daarbij het platform Friese Jeugdzorg Online beschikbaar om ketensamenwerking te bevorderen en tegelijkertijd het platform te verbeteren.